Dag 12 – De waterval

9 augustus.

Het is allemaal wat relaxter op Bali. Rustig de koffer inpakken en dan ontbijten. Het busje is er al bijtijds dus we checken uit. De gids is er ook. Een vriendelijke meneer die zich behoorlijk verstaanbaar kan maken in het Nederlands.

We rijden in 3 kwartier naar de warmwaterbronnen. Het water is geel van de zwavel. Er is een heel warm bad en twee minder warme baden. Vrij toeristisch maar wel leuk. Daarna naar een Hindoeïstische tempel. Een hele mooie tuin en veel te zien. Deze tempel is erg fotogeniek. Een houten Dalai Lama en daar is ie… de “alsof je voor een meer staat, maar eigenlijk wordt je telefoon als spiegel gebruikt” truc voor het mooiste plaatje.

We eten onderweg bij het restaurant van een hotel in Lovina.

Onderweg in Singaraja wordt er gemarcheerd. Dit is voor onafhankelijkheidsstrijd dag op 17 augustus. Het marcheren is 1 dag maar per gebied een andere dag en is een soort wedstrijdje

Singaraja betekent leeuwenkoning en vroeger was dit de hoofdstad van Bali. In het centrum vind je daarom veel oude gebouwen.

Als we de hoofdweg verlaten richting de hoge waterval wordt het stijler en smaller. Het ziet er wel gezellig uit. Onze auto wordt door spelende kinderen bekogeld met een katapult. Overal tempels en versieringen voor trouwerijen en crematies. We worden tegengehouden omdat de weg die we in willen rijden onverhard en veel te smal is

We arriveren bij de Sekumpul Waterfall ‘official’ parking en ontmoeten onze gids Komang ter plaatse. Het is nu al een mooie omgeving. Komang laat ons veel verschillende vruchten en planten zien. Kruidnagel, banaan, mangosteen, kokos, papaya, cacao en koffie. In de verte zien we een waterval. Niet ‘de’ waterval maar wel hoog zo te zien.

Dan komen we aan op het punt bovenaan de grote waterval. Wat een uitzicht. Het lijken meerdere watervallen naast elkaar. We nemen het plaatje in ons op en gaan dan achter Komang aan naar beneden. Onze andere gids, die meereist in de bus, is ook mee. Hij vindt de plek te mooi om bij de auto te blijven.

De afdaling is stijl, dit belooft wat voor de terugweg. Eerst betonnen trappen en dan metalen trappen. Bijna beneden nemen we een kleine afslag naar een ‘privé’ waterval. Je kunt hier niet het water in.

We moeten onze schoenen uitdoen. Slippers of waterschoentjes waren handiger geweest. Over keien en rotsen en door het water. Het is soms erg glad. En dan zijn we er: in één woord adembenemend.

Pepijn, Jasmijn en ik gaan zwemmen voor het extra beetje magic. Het is koud en diep. Pepijn en ik nemen een douche onder de enorme waterval. Het kost moeite om precies onder het vallende water te komen door de sterke stroming. Op je rug zwemmen gaat het makkelijkst en zorgt bovendien voor het meest spectaculaire uitzicht.

Eenmaal uit het water was er nog een verrassing: een regenboog. Even op de foto vastgelegd.

En nu de klim terug omhoog. Een tikkie zwaarder dan de Stone Hill van gisteren. Maar rustig aan, uiteindelijk sta je een keer boven.

Patty en ik lopen iets achterop en horen geritsel en gelach van de meiden. Komang is in de boom geklommen om cacao te plukken. De gele rijpe vruchten worden opengemaakt door tegen elkaar te tikken. Als er eenmaal een barst in zit maak je deze makkelijk open. Er zitten witte vruchtjes in. Dat zijn snoepjes om op te sabbelen, zegt onze gids. Het is zoet, met iets zuurs en zacht van buiten. Als je de vrucht open bijt zie je de cacao. Deze moet eerst nog drogen om deze als choco te kunnen gebruiken.

Komang’s familie woont vlak bij de parkeerplaats in het bos en we maken kennis met haar broer en zijn gezin. Iedereen komt nieuwsgierig kijken naar de eerste post-covid toeristen. Binnen no-time bewerkt hij met zijn hakmes een jonge kokosnoot. Drie rietjes erin. Proost.

Komang zelf tovert een zelf geplukte papaya te voorschijn en we krijgen allemaal een groot stuk. De kokosnoot is leeggedronken. De kokos chef hakt hem doormidden en laat zien hoe je het jonge vruchtvlees kunt eten. Veel is het niet maar je proeft de kokos. Yummie

We nemen afscheid en vertrekken richting het Bali Taman hotel. Het is net donker als we aankomen. We besluiten om bij het hotel te eten. Het is er erg rustig. Er is veel (maar vriendelijk) personeel. Het is heel stil. Het eten is ook wel erg goed. We gaan vroeg slapen. De boottrip met dolfijnen vertrekt al om 6.00. Wat een super dag weer!


Posted

in

by

Tags:

Comments

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *